Voorstanders van de duurzame economie zijn gebaseerd op milieuprognoses voor de komende decennia, waarvan deskundigen zeggen dat ze niet veelbelovend
Voorstanders van de duurzame economie zijn gebaseerd op milieuprognoses voor de komende decennia, waarvan deskundigen zeggen dat ze niet veelbelovend zijn. Belangrijke feiten om aan te denken zijn dat van de 7.200 miljoen mensen die de aarde in 2013 had, zal waarschijnlijk in 2050 naar 9.600 miljoen gaan. Van de laatste zullen 6.300 in steden wonen. De huidige ecosystemen bieden veiligheid aan meer dan 2 miljard mensen. De wereldwijde milieuschade had in 2008 een kostprijs van ongeveer 600 miljoen dollar, meer dan 11% van het mondiale BBP.
Op basis hiervan bepleiten degenen die de duurzame economie promoten het gebruik van hernieuwbare energie (wind, zon en/of hydraulische energie); door het verlengen van de levensduur van de producten die we consumeren (tweedehands aankopen, het huren van die dingen die we maar één keer gebruiken, enz.) en het behoud van hulpbronnen van de planeet (verbruikt slechts seizoensgebonden gerechten, recyclen, vermijd kunststoffen en vervuiling, enz.). Alleen op deze manier kan het voortbestaan van toekomstige generaties worden gegarandeerd en, zo redeneren zij, omdat het een meer traditionele (en dus langzamere) productie is zal het meer handen nodig hebben om het verder te brengen. Er zullen meer banen moeten worden gecreëerd.
Voor hen zijn de tegenstanders die ofwel comfortabel voelen of zijn gewend geraakt aan een kapitalistisch economisch systeem, zij beschouwen dat onrealistische benadering van duurzame economie momenteel goed is geregeld. Naar zijn mening is het een productiemodel dat vanaf het begin onvermijdelijk faalt, omdat het niet in staat is te voorzien in alle behoeften van de huidige wereldbevolking.
Het belangrijkste is niet alleen de productiviteit en het concurrentievermogen. Hoewel het duidelijk is dat overheden de weg moeten banen voor de ontwikkeling van bedrijven, moeten ze ook ondersteuning en investeringen bieden in sectoren die niet winstgevend zijn voor particuliere bedrijven (bijvoorbeeld sommige energiesectoren) en die noodzakelijk zijn voor de samenleving, zodat een balans wordt gecreëerd.
De inzetvoor efficiëntie is van belang. Het benutten van de middelen die we hebben en het zorgen voor schaarse middelen, slaagt erin om nog een van de pijlers van economische duurzaamheid te vervullen, namelijk efficiëntie. Door bijvoorbeeld voorzichtig om te gaan met schaarse natuurlijke bronnen zoals water, kunnen we een toekomst voor deze garanderen. Belangrijk is de ontwikkeling van innovatie. Technologie moet hand in hand gaan met innovatie om oplossingen te creëren die duurzaam zijn van verschillende niveaus zoals sociaal, ecologisch en economisch. Het ondersteunt ook op basis van de grenzen van middelen. Hernieuwbare bronnen mogen niet sneller worden gebruikt dan hun generatie, wat leidt tot een beperking van het verbruik. Niet-hernieuwbare hulpbronnen moeten geleidelijk worden vervangen door hernieuwbare bronnen. Beschouw het verschil tussen groei en ontwikkeling. De groei veronderstelt een kwantitatieve toename, maar de ontwikkeling veronderstelt de verbetering van de kwaliteiten. Bovendien moet deze ontwikkeling duurzaam zijn vanuit een economisch, sociaal en milieuoogpunt.